· 03:36
Ik ben Apollinaria. Ik word geboren in Alexandrië, Eypte. Mijn vader is een byzantijnse proconsul. We hebben het dus goed thuis, en mijn ouders willen mij graag laten trouwen met iemand die het ook zo goed voor elkaar heeft. Maar ik wil dat dus niet. Ik heb andere plannen! Ik wil me eigenlijk het liefst terugtrekken als kluizenares.
Het duurt even, maar ik krijg uiteindelijk toestemming om een bedevaartstocht te maken. Wel met een heel gevolg van kamelen, slaven en slavinnen natuurlijk. Onderweg deel ik mijn spullen uit en laat mijn slaven en slavinnen één voor één vrij. Dat begint erop te lijken! Ik wacht op een moment dat mijn dragers in slaap vallen. Ik trek gauw mijn mooie kleding uit, doe een eenvoudig kloffie aan en sluip het moeras in. Wel heel naar voor die dragers natuurlijk, zij zullen de boodschap moeten overbrengen dat ik verdwenen ben, en dat alleen mijn mooie jurk nog is teruggevonden.
Ik woon een tijd in het moeras, en krijg van God de boodschap dat ik mij Dorotheus moet gaan noemen. Het komt me gelijk van pas als ik vader Macarius tegenkom, een oude monnik. Hij denkt dat ik een eunuch ben, en ik kan me aansluiten bij zijn klooster van Skete in Egypte!
Ik leef daar streng en sober, en mensen komen graag bij mij om raad of voor andere hulp. Totdat mijn zus ineens voor mijn neus staat! Ik schrik, maar zij heeft niets in de gaten. Het gaat niet goed met haar, en ze vraagt of ik haar kan helpen met haar problemen. Ze knapt enorm op en vertrekt na verloop van tijd weer naar huis. Eind goed, al goed, denk ik, totdat ik bericht krijg of ik even bij de proconsul op bezoek wil komen, mijn vader dus! Wat blijkt, mijn zus lijkt zwanger te zijn, en ik krijg daar de schuld van. Eenmaal bij de proconsul en zijn familie aangekomen open ik mijn bovenkleed een beetje. Jongens, hier staat geen man, papa, mama, ik ben het, jullie dochter!
Terug in het klooster vertel ik wel dat de dame gelukkig niet zwanger bleek, maar ik blijf gewoon als Dorotheus door het leven gaan. Pas na mijn dood ontdekken de andere monniken mijn geheim. Ze zijn onder de indruk en zingen iets als ‘Geloofd zij God, die werkt in het verborgene en heilig maakt in het geheim!’.
Ik stond zelf model voor je. Even wat mannenkleren erbij, en op papier flink de schaar in het lange haar. Ik trek aan de rits van mijn trui. Doe ik hem dicht, om bij het moeras te verhullen wie ik ben? Of gaat de rits juist iets open, om mijn ouders te laten zien wie zij voor zich hebben?
Details van aflevering bekijken
Luister naar Toegewijd - heilige levensverhalen met een van de vele populaire podcasting-apps of directories.